Verder naar bericht

Auteur: admin

Gedicht #219

De soep is koud
en ik ben het brood vergeten.

De kaas ligt bij de kaasboer
in grote zakken opgestapeld
in een fijne straat in Amsterdam.

Ik mis je.
Vroeger liep ik vaak door je straten,
je luchtigheid, je openheid en je creativiteit.

Bevrijd in de anonimiteit,
geïnspireerd door je gebouwen
en de sfeer die je opwekt.

Ik zweef op je energie,
een levendige inademing
die me zin geeft om je te zien.
Die me zin geeft in het leven.

Kom ik ooit bij je thuis?

Laat een reactie achter

Gedicht #218

Een gevoel van onbehagen bekruipt me
op een stille winterdag.

De regen is laat dit jaar.
Ik kijk naar boven,
de lucht is blauw.

Vorig jaar rond dit tijdstip was alles anders.
Donkere wolken, onweer en de aarde zompig nat.

Nu voel ik de aarde weer stevig onder mijn voeten.
De lucht voelt kraakhelder in mijn longen
en ik zie mijn eigen warmte door de wolkjes die ik uitblaas.

Een gevoel van onbehagen,
dat slaat eigenlijk nergens op.

Laat een reactie achter

Gedicht #217

Ik voel een vrolijke tinteling,
in het midden van mijn borst.

Een hoe meer ik het ervaar,
hoe meer het zicht verspreid.

Door mijn armen, handen, vingers,
buik, benen, voeten, tenen.

Een tintel van geluk,
vanuit het kloppen van mijn hart.

Pulserend, speels, warm en vrij.
Dat is het gevoel
waarmee ik vandaag de dag begin.

Ik laat je stromen
want je voelt zo fijn.

Laat een reactie achter

Gedicht #216

Mijn oog, mijn duim,
alles kwam eruit.
Tot over mijn oren verliefd.

De snert wordt koud,
de molen staat te schijnen
in de lage winterzon.

Te lang heb je het niet gedaan
en nu zitten we hier als zure haring,
opgepropt op een bankje.

De kabouterprullenbak in het pretpark
staat er nog steeds.

Beelden uit het verleden,
veranderd maar nooit vervlogen.

Het is tijd om op te staan,
het gourmet staat klaar.
De familie komt weer samen.

Laat een reactie achter

Gedicht #215

Ik zwem in een oceaan van gedachtes
en kies de mooiste uit.

De parel op de zeebodem
in de schelp die hem beschermt.

Bubbels bij iedere uitademing
kriebelen rond mijn hoofd
en geven een luchtige speelsheid.

Ik was afgedreven naar het diepe
waar ik een lange tijd niets meer zag
dan een blauwe beklemmende leegte.

Maar ik ben blijven zwemmen
en bij iedere slag, kwam ik dichterbij
de kleurrijke tuin van koraal
waarin ik me nu verwonder.

De zon straalt door het water
en ik zie leven.

Ik voel leven.

Laat een reactie achter

Gedicht #214

Door mist omgeven,
ik kijk om me heen.

Langs me zwemmen vissen,
in het moeras waar ik sta.

Te lang heb ik losgelaten,
te lang stil gestaan
en dan zink je.

De adelaar,
ik pak je poten vast
en vlieg een stuk met je mee
tot ik op het droge ben.

Daar pluk ik een bloem voor je.
Ik geef hem aan je
en ik kijk recht in je ogen.

Ik zie je,
ik omarm je.

Dank je,
we gaan samen verder,
lopend naast elkaar,
in rust en liefde.

Laat een reactie achter

Gedicht #213

Door vlinders gedragen,
op blote voeten loop ik op
zachte roze wolken.

De dagen voelen vol
nu jij er bent.
Vol met fijne en goede dingen.

In mijn verlangen lig je in mijn armen
en lachen we op een uitgestrekte ochtend.
Met warme ontbijtjes
en soms wat licht gedoezel.

Ik hoop het
en ik voel het
dat we heel lang blijven.

Laat een reactie achter

Gedicht #212

Ik adem in en voel de koude lucht
in mijn longen stromen.

Ik ruik de sneeuw
en beleef de ijlheid in de lucht.

De lucht voelt schoon,
alsof ik rust en ruimte in mijn borst krijg.

De zon is net opgekomen
en besneeuwde bergtoppen hebben een licht roze/oranje kleur.

Ik adem nogmaals in en neem alles in me op.
Ik was al vroeg op maar ik voel me vol energie.

Tijd om verder te gaan,
ik moet nog wel een stukje naar de top.

Ik neem een stap.
De sneeuw kraakt onder mijn voeten
en klinkt als bergmuziek.
Zo dichtbij.

Laat een reactie achter

Gedicht #211

De zon in mijn armen,
in het heetst van de strijd
ben ik je niet verloren
en nu heb ik je warmte vast.

Mogelijk, in een andere tijd,
zou ik het heel anders zien.
Het is het drama van de tijd.

Maar voor nu sta ik even stil
en lig ik met een grasspriet in mijn mond,
mijn armen achter mijn hoofd
te kijken naar de roze wolken vanuit het groene weiland.

De tuin in mijn hart staat weer open
en met de zon dichtbij mijn borst,
staat hij zo weer in bloei.

Laat een reactie achter