Verder naar bericht

Avocado Poems Posts

Gedicht #57

Ik heb de koffie net gemalen
en ik hoor hem nu langzaam door het filter druppen.

Ik werd te vroeg wakker,
het is nog donker.

Wanneer de dagen zo kort zijn,
kijk ik liever niet te vaak naar de klok.
Dat heeft toch geen zin.

Vandaag heeft een hete gehaktbal in het verschiet,
met mosterd en boerenkool.

Eerst maar even naar de boerderij om het te halen.
Ik hoop dat het vriest.
Dan zijn de polders altijd mooi.

De koffie is klaar.
Nog even stilte voordat de dag begint.

Laat een reactie achter

Gedicht #56

Genoeg is genoeg,
de wekker is gezet.

Mocht het toch gebeuren,
heb ik het ook niet in de hand.

Het is zo leeg en stil,
alsof ik in een bos sta terwijl het vriest
en de wolkjes met mijn adem meekomen.
Het voelt als de stilte die nodig is voor wat er komen gaat.

Wanneer ik een stap zet begint de sneeuw te kraken.
Het is begonnen,
ik voel een frisse spanning.

Dit wordt het avontuur,
alleen in het bos.

Maar ik voel me goed en ik vertrouw me.

Laat een reactie achter

Gedicht #55

Het mocht niet maar ik heb het toch gedaan.
Ik heb de kaarsen aangestoken en ben toen weggerend.

Heel hard over het schoolplein,
rechtstreeks naar de kerk.

Ik hoor hoge stemmen,
ze vullen de ruimte maar niet perse mijn hart.

Daar zijn ze te koud voor.
Ik vraag me af waarom ik hier ben gaan zitten.
Binnen was het lekker warm.

Ik wou alleen een beetje avontuur
maar nu vind ik het wel weer goed.

Ik ga zo maar naar huis,
het eten zal wel bijna klaar zijn.


Laat een reactie achter

Gedicht #54

Niet iedere frisse start is vanaf het begin begonnen.
De keuzes zijn oneindig.

Gevloerd en ook weer opgestaan.
Toen ik op het tapijt lag zag ik alleen
nog maar de kroonluchter.

Nu zie ik de zee.
De ademhaling van de golven brengt me 
bij mijn eigen ademhaling.

Ik word er rustig van.

Ik hoor de meeuwen en voel de wind.
Als ik naar de zee kijk besef ik dat we allemaal
verbonden zijn.

Het is één zee maar we hebben ze gescheiden
door ze namen te geven.

Zee, vanaf nu noem ik je zee.

Laat een reactie achter

Gedicht #53

Vervlogen uren,
de dag is pas begonnen maar ik heb teveel gemist.

Waarom moet ik altijd van mezelf weg?
Waarom lijkt dat de juiste keuze?

Ik weet het niet. Het geeft ook niet.
Wat gebeurd is, is gebeurd.

Ik heb het al zo vaak gezegd
maar ik blijf het doen.

Een schone lei.
Ik ga zo maar eens hardlopen.

Dan komt zachtjes aan de rest.
Ik vergeef het mezelf.

En het is nooit te laat.

Laat een reactie achter

Gedicht #52

Vol verwachting loop ik naar beneden.
Het is nog vroeg en het is donker buiten.

Ik voel me licht gespannen en de hele nacht
heb ik ervaren welke dag het vandaag is.

Ik hoor belletjes, muziek.
Het is het liedje dat ik deze maand wel vaker

op de radio heb gehoord.
Het klinkt gezellig en ik krijg er een warme
gloed van in mijn borst.

Als ik de deur open doe, zie ik allemaal lichtjes.
Kaarsjes staan te flikkeren op de kast.

Die branden altijd maar twee keer in het jaar.
Vandaag is weer de eerste dag.

Dan ruik ik de geur van dennen 
gemixt met de heerlijke lucht van warm brood.

Het voelt alsof ik een beetje extra op de aarde kom,
verwarmt door dit knusse moment.

Mijn moeder staat bij de ontbijttafel.
Ze schenkt de thee in.

Het lijkt alsof er uit ieder theekopje
kleine wolkjes rook komen.

Mijn vader staat in de keuken te kijken door
het raampje van de oven.

Achter me hoor ik gestommel op de trap.
Hey, mijn zusje is ook wakker, denk ik.

Nu snel ontbijten want dan krijgen we cadeautjes.

Laat een reactie achter

Gedicht #51

Rode garen en een witte stropdas,
kant behang met pizzabrood.

Het is de logica die het raarste lacht.
Geen vrijheid in gedachten,
enkel flow als je laat gaan.

Als je je maillot omdraait zit hij nog steeds lekker.
Aan deze kant houdt hij je ook warm.

Niemand heeft gezegd dat je het zo moet doen.
Niemand kan het echt iets schelen.

Dus droom maar lief klein paardje.
Over bullebakken en een snotmachine.

Wie weet wat ze voor elkaar kunnen betekenen.

Laat een reactie achter

Gedicht #50

Omgekeerd is het ook waar.
Het pad dat nog niet betreden is,
maakt het duister altijd licht.

Wie uit de hoogste boom valt,
ligt vervolgens in het zachte gras.

Mijn trein vertrekt zo.
Ik wacht alleen nog op het fluitsignaal.

Gedwongen pak ik mijn boek erbij.
Nou ja, niemand dwingt me,
ik heb alleen dat gevoel.

Maar ik ga toch niet lezen,
ik kijk liever uit het raam.

Naar wat voorbij flitst,
groene dennenbomen.

Ik hoor het spoor,
hij hoort mij niet.

Laat een reactie achter

Gedicht #49

Drie druppels water,
vergoten in het museum van de wanhoop.
Zouden het echt de laatste zijn?

Terug naar het verleden kan ik niet
en de toekomst hoef ik niet te weten.

Het gras vergeelt soms in de zomer.
Dat doet het niets, het is ook zo weer groen.

Stel je voor als je op het strand letterlijk je
problemen zou kunnen laten wegwaaien.
Hoe vaak zou je op het strand zijn?

Een fonkelende dauwdruppel in het
vroege zonlicht aan een grasspriet.

Het is die kleine schittering.

Laat een reactie achter