Verder naar bericht

Gedicht #353

Gezegend met de mooiste schoonheid,
een glimlach in het licht,

lig ik met knieën opgetrokken,
schuilend voor de rest van dit gedicht.

Want wie weet wat er gaat komen,
onverwachts en onbedoeld,

wat als de smeedijzers weer komen,
ik weet nog altijd hoe dat voelt.

Maar toch, ik schrijf verder
en ik zie wel wat er komen zal.

Want uit het duister opgetrokken,
ben ik berg en ben ik dal.

Ik laat mij leven.

Laat als eerste een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *