Verder naar bericht

Gedicht #346

In mij, diep begraven,
ligt een land hier ver vandaan.

Een land met vlaggen en wimpels,
en voor iedereen voldoende graan.

Een land met ridders en kastelen,
jonkvrouwen en avontuur.

Ik wil het met een ieder delen
want in dat land, daar ligt mijn vuur.

Bossen en akkers, weelderig en fijn,
een boomgaard met appels
men drinkt cider, geen wijn.

Het leven is rustig, zonnig en kalm,
het brood wordt gebakken,
met het graan in zijn halm.

Het land mag gaan leven,
vredig en vrij
en dat is het mooie,
het land leeft in mij.

Laat als eerste een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *