Verder naar bericht

Gedicht #312

Ik vlieg, ik zweef en ik fladder.
Gedragen door de wind in de grootste kleurenpracht,
paars, roze, groen, geel.

Daar ben je, ik zie je
voor me, mijn vlinder,
de vlinder in mij.

Klaar om mooi te zijn,
klaar om vrij te zijn.

Klaar om speels de wereld te verkennen,
van bloem naar bloem,
genieten van de zoete nectar die het leven me geeft.

De bloementuin staat open,
ik heb er zin in
en ik kom eraan.

Laat als eerste een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *