De mooiste zondes zijn nog altijd niet begaan.
Daar ginter achter de bergen schijnt het licht
over de scherpe randen van het leven.
Een pistool, een schot in het duister.
Hoe heeft het ooit zo ver kunnen komen.
Geen verdriet nu maar nu stilte,
je wordt nu echt niet meer gehoord.
Een ekster vliegt, hij vliegt rondjes langs de maan.
Tenminste, als ik vanaf hier kijk is altijd alles anders.
1,2,3,
zo ver is nog nooit geteld.
We gaan terug naar het feest nu het nog binnen is.
Spelden prikken in de lucht en maken hele kleine gaatjes,
ook al is het maar voor even.
Net als al het andere.
Laat als eerste een reactie achter