Verder naar bericht

Gedicht #224

Schone dagen,
waarop mijn hoofd het leegst voelt
in het tandrad van de ingewikkeldheid.

De tijd werd even complex
als het mechanisme van de klok zelf.

Altijd klikken de radars door,
spant de veer zich om zich vervolgens weer te ontspannen.
Altijd slaat de klepel.

Wat verdween er toen het uur geschapen werd?
Wat gaven we op toen we de tijd in hokjes gingen verdelen?

Lang kijk ik naar de golven van de zee.
Ze komen dichtbij en gaan weer weg.
De simpelheid brengt me rust.

Laat als eerste een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *