Verder naar bericht

Auteur: admin

Gedicht #94

Ik moest terug want de weg liep dood.
Benauwd keek ik om me heen.

Ergens moest ik de verkeerde afslag genomen hebben.
Ik probeerde te bedenken waar maar mijn herinnering
kon me er niet bij helpen.

Alle paden leken op elkaar en dat gold ook voor alle afslagen.
Ik voelde me gevangen in dit labyrint van mogelijkheden.

Maar ik gaf niet op.
‘Als ik stilsta kom ik nergens’, dacht ik.
‘Maar als ik blijf lopen maak ik meer kans.
Zelfs al is het in onwetendheid’.

Wie zwerft zal altijd vinden,
soms wel meer dan je verwacht.
Zo ook dit keer.

Net voordat ik me van vermoeidheid bijna weer verloren voelde,
werd ik voor mijn moed beloond.

Voor me stond ineens de schat!

Voldaan kon ik eindelijk door naar de volgende bladzijde.
Toch altijd spannend, zo’n doolhof in de Donald Duck.

Laat een reactie achter

Gedicht #93

Ik rek me uit met een tevreden glimlach
en voel de ruimte in de dag.

Tijd om op te staan,
de rest is ook al wakker.

De tafel is al gedekt zie ik.
Een dampende theepot, witte eitjes en vers brood.

De gordijnen zijn open en buiten zie ik dennenbomen.
Ik zoek naar een eekhoorntje maar vind hem nog niet.

Het is fijn om er even tussenuit te zijn
zo midden in de natuur.

En zo’n bungalowhuisje maakt alles extra knus.

Laat een reactie achter

Gedicht #92

Als aanloop voor het slapen gaan, 
warm ik me nog even op voor ik straks 
in de zilveren vijver van mijn dromen duik.

De dag is weer voorbij,
ik heb het weer gedaan
en mijn bewustzijn mag nu rusten.

De nacht is de ruimte voor mijn fantasie
waarin ik verhalen maak die ik in het daglicht niet kan zien.

Ver weg in volle overgave
en zo dichtbij omdat het van mij is.

In mijn dromen raak ik een deel van me
waar ik met mijn logica niet bij kan.

Slaap zacht.

Laat een reactie achter

Gedicht #91

Zoals het fruitvliegje thuis vliegt,
vliegt hij nergens.

Één van de wijsheden die ik tijdens mijn lange leven heb geleerd.
En zo kan ik nog wel een tijdje door gaan.

Maar dat doe ik niet.
Want ik ga zo naar de midgetgolf.
En daarna soepstengels jatten van de kantine juffrouw.

Dat moet ook gebeuren.

Laat een reactie achter

Gedicht #90

In de naaktheid van ons bestaan
hebben we onze kleren aangetrokken.

Met het vijgenblad ontstond de schaamte
en wanneer we iets normaal gaan vinden,
wordt het moeilijk te geloven dat het er ooit misschien niet was.

Het zaadje hoeft maar geplant te worden
en als een klimop groeit het verder naar de hemel.

Ik kijk naar mijn huid,
streel me en voel de zachtheid.

Dan loop ik naakt naar buiten,
de regen in.

De druppels lopen over mijn huid.
Maar echt nat worden doe ik niet.

Met volle overgave geniet ik van het moment
en ineens…

voel ik wat ik al die tijd gemist heb.

Laat een reactie achter

Gedicht #89

Als kleine sneeuwvlokjes verschijnen zinnen uit de mist.
Wat in de nacht vergeten is, kan overdag opnieuw bestaan.

Geduldig wacht ik tot het goed voelt en als dat zo is,
laat ik je worden wat je eigenlijk al was.

Het begint met één zin en in onwetendheid schrijf ik verder.

Met het open vertrouwen dat je mijn hand vind,
hem zal leiden en je via de ruimte van mijn ‘zijn’
voor me verschijnt op dit papier.

Van mij mag je er zijn 
en je bent altijd mooi zoals je bent.

Wees maar vrij in deze wereld.

Laat een reactie achter

Gedicht #88

Ik had me in de maand vergist
en nu blijft het alleen maar regenen.

Tsja, ik snap er zelf de logica ook niet van.
Ik ben er ook niet blij mee.

Maar ik verzin het
dus het zal wel waar zijn.

Net als toen ik door het grasveld had gerend
en helemaal onder de modder thuis kwam.

Of dat mijn boot gezonken was.
Of dat iedereen me uitlachte
en ze vonden dat ik raar was.

Ik verzin zo vaker weleens dingen,
die ik dan ineens geloof.

Waarom doe ik dat eigenlijk?

Laat een reactie achter

Gedicht #87

Inademen, uitademen.
Vastgrijpen, loslaten.
Inspanning, ontspanning.

Wanneer beide te lang duren gaan ze knagen.
Het is de balans die de extremen leefbaar maakt.

Te lang aan de ene kant gestaan
dus ik hobbel nu maar weer naar de andere.

Is er een middelpunt waar je kunt blijven?
Waarschijnlijk niet. Het hoort bij onze ademhaling
dus ik adem nog maar even lekker door.

Inspanning, ontspanning.
Vastgrijpen, loslaten.
Inademen, uitademen.

Laat een reactie achter

Gedicht #86

Geschater vanuit de diepte.
Vanaf één plek en vervolgens overal om me heen.

Soms speel je verstoppertje
maar ik leer je steeds beter te vinden.

Wanneer ik mijn ogen sluit,
rustig ademhaal, stilte maak en luister.

Vaak schiet je dan ineens tevoorschijn
en vul je weer mijn ruimte
met je warme speelse lach.

Laat een reactie achter