Verder naar bericht

Gedicht #45

Toen ik langs de weg op het asfalt stond, voelde ik me wel alleen.
Het was koud, het regende en mijn duim kon niemand overtuigen
om me mee te nemen in de auto.

Ik ademde diep in en rook het gras in berm.
Achter me lagen weilanden, 
verspreid over een licht heuvelig landschap.

Ik liep het landschap in en zette na een uurtje lopen
mijn tent op in het gras bovenop een heuvel.

Ik keek om me heen en het moment voelde intiem met
het groen, het grijs en het vocht.

Toen ritste ik mijn tent dicht
en viel ik met het getik van de regen op het zeil heerlijk in slaap.

Laat als eerste een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *