Een vlinder streek neer op de neus van het hert.
Heb je het al gehoord, zei het hert. De poespas is weg.
De poespas is weg, dacht de vlinder.
Eindelijk, dacht de vlinder, hier had hij al zo lang op gewacht.
Uit vreugde danste hij in de lucht.
Hij flapperde cirkels, deed de chachacha met een vallend blad
en viel aan het einde tevreden in slaap.
De locomotief maakte hem wakker.
Hey, de poespas was weg toch?
Hij vloog hoog de lucht in
en zag een witte rookpluim trekken door het groene landschap
en samen met de vallende regen werd hij daar ook wel rustig van.
Hij ging op een bloem zitten
en viel nog even in slaap.
Laat als eerste een reactie achter